De coachtip van de week: stratego op het werk


De coachtip van de week: stratego op het werk

De tien meest gestelde vragen over kantoorpolitiek

Hoe kan het toch dat deze persoon op die positie zit, terwijl hij inhoudelijk helemaal niet goed is? Ook jij zult jezelf die vraag wellicht een keer gesteld hebben over iemand in jouw werkomgeving. Het is misschien wel de meest geuite frustratie in mijn coachingspraktijk: matige juristen die toch partner of general counsel worden, dan wel toetreden tot het management en je begrijpt er niets van. Het antwoord op de gestelde vraag is simpel: de politiek vaardige professionals komen het verst, niet de inhoudelijk beste professionals. Dat je carrière in ondergeschikte mate door je inhoudelijke kwaliteiten wordt bepaald, voelt voor veel juristen oneerlijk. De weerzin om aan politiek te doen is dan ook groot. Niet één jurist maar een heel leger heeft een grondige hekel aan kantoorpolitiek, in competentieprofielen ook wel ‘omgevingsbewustzijn’ of ‘organisatiesensitiviteit’ genoemd: het hebben van 'voelsprieten' voor het politieke krachtenveld met aspecten als macht, invloed, informele regels en gebruiken, belangen, gevoeligheden en verhoudingen binnen een organisatie. Maar politiek is overal op de werkvloer en wie er niet aan mee doet staat eigenlijk buitenspel. Dit is deel 3 in de serie over kantoorpolitiek voor beginners en hierin beantwoord ik de meest gestelde vragen over politiek in de juridische werkomgeving.

Waarom is kantoorpolitiek een belangrijk onderwerp?

Volgens de Amerikaanse politicoloog Harold Lasswell kan geen enkele organisatie zonder politiek. Politiek gaat over je omgeving beïnvloeden en zaken voor elkaar krijgen. Een bedrijf waarin niemand probeert zijn zin te krijgen is volgens Lasswell gewoon niet effectief. Organisatiekundige Nigel Nicholson meent zelfs dat de meest voorkomende vorm van politiek bedrijven, roddelen, een aangeboren overlevingsstrategie is. Zoals er in het Stenen Tijdperk schaarste was aan voedsel en kleding en natuurrampen op de loer lagen, zo is er in bedrijven schaarste aan topfuncties en onzekerheden over wie wat mag doen en wie bij de leiding in een goed blaadje staat. Roddelen is volgens Nicholson een manier om informatie te verkrijgen die je anders niet via officiële kanalen zou bereiken. Je doet door te roddelen kennis op om op de werkvloer te overleven. Psycholoog Jane Clarke, auteur van ´Politieke spelletjes in organisaties´ zegt: ‘’Je kan nog zo briljant zijn, als je het spel van de organisatie niet meespeelt, moet je ervoor bloeden’’. ‘’Wie niet zijn eigenbelang tot hoogste prioriteit maakt, zal bij promoties vaak het nakijken hebben’’, aldus Jos van Hezewijk en Marcel Metze in ‘Je kent wie je bent’.

Waarom dan die afkeer van kantoorpolitiek?

Kantoorpolitiek wordt niet zelden gezien als iets vies, vuigs en achterbaks. In elk geval iets waar je niet mee bezig mag zijn. Vaak wordt het geassocieerd met de ‘echte’ politiek, waarin vuile spelletjes worden gespeeld en mensen kapot worden gemaakt. Omdat mensen van nature hun belangen nastreven, gebeurt het bedrijven van kantoorpolitiek meestal onbewust. De collega die een zaak voor je neus wegkaapt of je achter je rug zwart maakt, beseft waarschijnlijk niet eens dat hij kantoorpolitiek bedrijft.

Maar eigenlijk is politiek een normaal onderdeel van de werkvloer en hoef je helemaal geen vuile spelletjes te spelen om eraan mee te doen. Je zoekt draagvlak om iets voor elkaar te krijgen, je trekt samen op met je collega’s om bepaalde arbeidsvoorwaarden te verbeteren, je praat je leidinggevende een beetje naar de mond, je stuurt een compliment van een cliënt door naar je patroon, je zorgt dat je contact onderhoudt met de belangrijke mensen in jouw organisatie, je probeert in beeld te komen bij het management, allemaal voorbeelden van politiek bedrijven waar niets mis mee is.

We hebben ook de neiging de term ‘kantoorpolitiek’ niet goed te gebruiken of in elk geval heel selectief. Als we zelf bezig zijn ons territorium af te bakenen, onze leidinggevende warm te maken voor een cursus die we willen doen of een disfunctionerende secretaresse de deur uit te werken, dan noemen we het geen ‘politiek’, maar doen we ‘gewoon ons werk’. We noemen iets ‘politiek’ zodra we zelf niet degene zijn die van de uitkomst van een machtsstrijd profiteert. Anders gezegd: als jij iemand verwijt dat hij aan kantoorpolitiek doet, dan heeft hij waarschijnlijk zijn zin gekregen en jij niet.

Uit Amerikaans onderzoek blijkt zelfs dat de mate waarin mensen aangeven dat hun organisatie ‘politiek’ is, omgekeerd evenredig samenhangt met hun betrokkenheid. Medewerkers die klagen over politieke spelletjes, zijn vaak minder productief en minder honkvast.

Wat kan iemand die politiek vaardig is precies en hoe ontwikkel je dat?

Als je politiek vaardig bent, dan ben je vooral omgevingsbewust. Dat betekent dat je inzicht hebt in hoe jouw organisatie feitelijk werkt. Dat wil zeggen dat je goed geïnformeerd bent over de omgeving waarin je werkt en je benut die kennis effectief voor jezelf en/of voor de organisatie. Omgevingsbewustzijn is een competentie, die goeddeels aan te leren is door learning by doing. Dat is een kwestie van veel doen, aanvoelen en af en toe je neus stoten.

Een organisatie is een systeem bestaande uit de formele organisatie: formele regels, normen, organisatiestructuur, hiërarchie en de informele organisatie: de informele machtsdynamiek en andere informele spelregels van de organisatie (cultuur, kernwaarden, wat wel en niet wordt getolereerd, wie de macht feitelijk heeft, de onderlinge verhoudingen, belangen, tegenwerkende krachten: b.v. verborgen agenda’s, bepaalde problemen, economische situatie enz.). De formele organisatie is zichtbaar, de informele organisatie is goeddeels onzichtbaar, maar wel voelbaar.

Omgevingsbewust word je in de eerste plaats door rekening te houden met de hiërarchie en formele regels in de organisatie na te leven. Je moet je schikken in de hiërarchie en je aan de gestelde regels houden. Zo simpel is het. Als het personeelshandboek zegt dat jij je declaraties voor onkosten op een bepaalde manier moet indienen voor akkoord, dan doe je dat. Vraagt een bovengeschikte je iets, dan ga je dat in het algemeen zonder morren uitvoeren. In de tweede plaats word je omgevingsbewust door gevoel te ontwikkelen voor de informele organisatie: de onzichtbare lijnen van macht en invloed: de gevoeligheden, de dagelijkse dingen die er spelen, de verschillende posities en belangen, de factor macht en het omgaan met macht. Dat is vooral een kwestie van ogen en oren openhouden, gedrag van anderen observeren, uitproberen en onderzoeken wat werkt en wat niet. Maar je ook bewust worden van eigen- en andermans belangen. Het gedrag van een vileine collega wordt begrijpelijker in het licht van het feit dat hij graag partner wil worden in de organisatie. Daarvoor acht hij het nodig om zich met een strategie, die jij hebt bedacht, te profileren bij het sectiehoofd. Hoe jij je daartoe verhoudt, dat is ook politiek. Je kunt proberen om een bondje met hem te sluiten of hem als een vijand te beschouwen (zie ook laatste vraag).

Waarom wordt het hebben van politieke vaardigheden zo hoog aangeschreven?

Als je het informele systeem van je organisatie kunt ‘lezen’, ontwikkel je gevoel voor welk gedrag er getolereerd wordt en welk gedrag niet. Daardoor heb je meer houvast om je gedrag aan te passen aan die van de omgeving. Ook kun je verhoudingen beter inschatten, machtsfactoren duiden en rekening houden met bepaalde gevoeligheden of tegenstrijdige belangen. Je kunt de informele lijnen van macht en invloed ook beter inzetten om iets voor elkaar te krijgen, omdat je weet bij wie je moet zijn en van wie je steun of draagvlak nodig hebt.

Wat levert het je op?

Wie weet hoe de hazen lopen, kan de omgeving beter beïnvloeden. Dat is b.v. nodig om je doelen te bereiken of om meer invloed uit te oefenen in bepaalde situaties. Als je weet hoe de politieke dynamiek in jouw omgeving in elkaar steekt, kun je je ook sneller aanpassen en aan de verwachtingen voldoen. Organisaties zoeken professionals die op de organisatie ‘lijken’ en door je aan te passen aan de eisen en het gedrag van de omgeving, ga je op de organisatie ‘lijken’ en zul je er sneller bij horen. Daardoor versterk je je positie.

Hoe kom je aan informatie en waarom is goed geïnformeerd zijn zo belangrijk?

In de eerste plaats moet je de juiste infobronnen hebben. De meeste informatie levert de ‘hofhouding’ op: vertrouwelingen rondom belangrijke personen (b.v. bepaalde medewerkers die goed liggen bij het management). Oudere collega’s die wat langer in de organisatie werken weten vaak ook veel. Verder zijn informele bijeenkomsten (b.v. kantoorborrels) een bron van informatie. Dit zijn de plekken waar je heel veel hoort, omdat mensen nu eenmaal losser worden met een drankje op. Ook het observeren van collega’s en hun gedrag kan veel informatie opleveren. B.v. tijdens vergaderingen, aan de lunch. Wat zie je gebeuren? Wie reageert op wie? Wie steunt wie? Wie zitten er naast elkaar?

Wie niet goed op de hoogte is en niet weet wat er speelt, mist belangrijke informatie om situaties en mensen goed op waarde te kunnen schatten en dan kan je politiek ook niet veel uitrichten. Als je bijvoorbeeld niet bekend bent met de ontwikkelingen op jouw afdeling (b.v. dreiging tot opheffing), mis je de informatie om te kunnen beoordelen of deze ontwikkeling goed of slecht voor je zou kunnen uitpakken. Je moet het allemaal weten om hier politiek goed uit te komen (b.v. een coalitie met collega’s aangaan om het voornemen tot opheffing te blokkeren, lobbyen voor een overplaatsing enz.).

Hoe ver ga je in het politieke spel?

We hebben allemaal wel een moreel kompas, ook al zal de inhoud daarvan van persoon tot persoon verschillen. Respect tonen voor de belangen van anderen, ook al komen die niet overeen met jouw belangen, is hierbij belangrijk.  Het is verstandig de wederzijdse belangen mee te nemen in je afwegingen om het politieke spel op een bepaalde manier te spelen. Soms kan je in het spel een voordeel voor jezelf behalen, maar is dat slecht voor de organisatie of slecht voor andere collega’s. Hoe beter je bent in het politieke spel, des te belangrijker het is om je te beseffen dat dit je ook een verantwoordelijkheid geeft als collega, als mens. Je kunt het spel wel handig spelen, maar als andere mensen er het slachtoffer van worden zal het zich tegen je keren. Wie egoïstische motieven heeft en vooral belangrijker of rijker wil worden, zal ook eerder de neiging hebben achterbakse politieke spelletjes te spelen. Je krijgt immers niet makkelijk hulp van anderen wanneer je zegt: ‘help mij zodat ik er beter van word’. Daardoor zul je zelf sneller naar rattenstreken gaan grijpen om je persoonlijke doelen te bereiken.

Een paar voorbeelden van politieke onhandigheid uit de praktijk?

Een advies van het management over de nieuwe kamerindeling afbranden en je epistel cc-en naar alle afdelingen, je eigen baas in het bijzijn van zijn personeel voor schut zetten, nooit aanwezig zijn op kantoorborrels en dat openlijk als ‘tijdverspilling’ afdoen, het nieuwe door jouw leidinggevende bedachte salarisbeleid openlijk bekritiseren.

Een goed voorbeeld van politiek gefinetuned zijn?

Je hoort je leidinggevende tijdens een vergadering iets zeggen over een zaak, waarbij jij betrokken bent. Juridisch klopt het voor geen meter wat hij zegt en dat heeft mogelijk invloed op de strategie in deze zaak, waarbij weer andere collega’s uit het team betrokken zijn. Tot overmaat van ramp verwijst hij ook nog naar jou voor verdere informatie. Je laat hem in zijn waarde, maar na de vergadering geef je hem aan dat er nog het een en ander verduidelijkt moet worden voor het team. Je stelt hem voor dat jij een voorzetje maakt dat hij kan verwerken in een e-mail aan het team. Op deze manier geef je subtiel kritiek en kan hij zichzelf herstellen, zodat hij geen gezichtsverlies lijdt. 

Hoe hou je je staande in de politieke slangenkuil?

Dit hoeft echt niet ingewikkeld te zijn. Je moet begrijpen wat je zelf wilt én een empathisch gevoel hebben voor de belangen van anderen. Dus weten hoe de personen die er voor jou toe doen denken en wat voor deze personen belangrijk is. Verder moet je een goed gevoel hebben voor relationele verhoudingen: wie praat met wie, wie steunt wie. Daarnaast is het handig om effectief te communiceren en ook aandacht te besteden aan hoe je overkomt. Er zijn zoveel inhoudelijk goede juristen, die geen acht slaan op de manier waarop ze communiceren en overkomen en daardoor hun eigen kuil graven. Als je bijvoorbeeld heel direct en open bent, er aan de lunch alles maar uitgooit wat erin je opkomt en de organisatie of je leidinggevende openlijk bekritiseert, luid je vaak je eigen ondergang in.

Je kunt ook in het spelen van een politiek spel te veel ‘nemen’. Je moet beseffen dat je af en toe moet ‘geven’. Bijna in elke situatie zijn er collega’s die buiten de boot vallen of benadeeld worden. We zijn zeven keer zo gevoelig voor verlies dan dat we gevoelig zijn voor winst. Dus één euro verliezen doet zeven keer meer pijn dan dat één euro winnen ons plezier geeft. We onthouden negatieve gevoelens en ervaringen veel beter dan dat we positieve ervaringen onthouden. Als je in een complex speelveld van belangen gelukkig bent met de afspraken die je hebt gemaakt, zijn er altijd een aantal collega’s die zich slachtoffer voelen. Dus als je altijd wint en je te handig bent in het politieke spel, keert zich dat vroeg of laat tegen je. Want die verliezers denken: jou pak ik nog wel een keer terug en zo bouw je aan een leger vijanden, waardoor je op den duur zelf buiten spel komt te staan, omdat je onvoldoende relaties hebt die jou steunen.

Ergo: politiek moet, maar hou je motieven zuiver en overdrijf niet.

De volgende keer in deel 4: een stappenplan voor de beginnende kantoorpoliticus.

Geraadpleegde literatuur en bronnen

Schrijvers, J., Hoe word ik een rat, EAN 9789055942558.

Hetebrij, M., Macht en politiek handelen in organisaties, Van Gorcum.

Bührs M., en De Groot E., Stratego voor vrouwen, SDU Uitgevers.

Specifiek voor jonge juristen en stagiaires: Interview Rüna Honig handboek stagiaires Knapen, M., Van der Ham, L., De tien geboden voor de advocaat stagiair: onderdeel: ‘Zichtbaarheid en omgevingsbewustzijn’.

Pruis, C., Vrouw op de apenrots, ISBN 9789045313955.

Hezewijk, J., Metze, M., Je kent wie je bent, ISBN 9789050183222.

https://hbr.org/2017/09/playing-office-politics-without-selling-your-soul

Vigoda, E., Organizational Politics, Job Attitudes, and Work Outcomes: Exploration and Implications for the Public Sector, https://www.sciencedirect.com/science/article/abs/pii/S0001879199917426#!

Clarke, J., Politieke spelletjes in organisaties, ISBN 9789058712110.    

Over Ons

Honig Coaching B.V.  faciliteert coaching in de ruimste zin des woords. We coachen zelf en we leren anderen coaching inzetten op de werkplek. Dat is ons speerpunt en het hart van onze expertise.

Vestigingen Honig Coaching
Locatie Utrecht (hoofdlocatie)
Ramstraat 23
3581 HC Utrecht

Locatie Nijmegen
St. Annastraat 198 G
6525 GX Nijmegen

Locatie Amsterdam
Jan Luijkenstraat 102
1071 CV Amsterdam

Overige gegevens 
Honig Coaching B.V. te Utrecht
ABN AMRO Bank
IBAN: NL81 ABNA 0539 7951 78 en
IBAN: NL38 ABNA 053 2598 261
BIC: ABNANL2A
Kvk Honig Coaching B.V.: 30148624
BTW-nummer: NL806971423B01

Doelgroepen

Honig Coaching B.V. is een gecertificeerd opleidingsdienstverlener voor juristen. Deelnemers kunnen na het afronden van een coachingsprogramma of (online) cursus/training dan wel na deelname aan een intervisiebijeenkomst bij Honig Coaching B.V. en/of bij haar bedrijfsonderdelen The Practical Lawyer Online en Lawyers2meet opleidingspunten ontvangen voor de Nederlandse Orde van Advocaten (NOvA) en andere juridische of aanverwante beroepsgroepen.

Contactgegevens

Honig Coaching B.V.

Ramstraat 23 (secretariaat en correspondentieadres)
3581 HC Utrecht
T: +31 (0)30 25 169 16
W: www.honigcoaching.nl
E: info@honigcoaching.nl

Lawyers2meet
T: +31 (0)30 25 169 16
W: www.lawyers2meet.nl
E: info@lawyers2meet.nl

The Practical Lawyer Online
T: +31 (0)30 25 169 16
W: www.thepracticallawyeronline.nl
E: info@thepracticallawyeronline.nl